Tijd

De ware tijd komt pas tot leven als de klokken zwijgen.
William Faulkner.

Vandaag heb ik alle tijd.
Ik fiets de stad uit, langs de Amstel richting Ouderkerk. Mijn nieuwe Rih-fiets maakt het trappen lichter, ik fiets regelmatig Waterland in, om langs het IJsselmeer terug te fietsen. Ik hou van de weidsheid van het water, het gevoel van vrijheid wat ik ervaar als ik de vogels in een zwerm boven mijn hoofd vliegen. Vandaag gaat mijn fietstocht naar het zuidelijk deel van de stad, waar een ander stuk van mijn leven ligt.

Halverwege mijn tocht strijk ik neer op een bankje aan de Amstel.
Het zonlicht schittert over het water en er ontstaan flikkerende sterretjes, als vuurwerk. Ik kijk naar de wolkjes die door de wind langs me heen worden geblazen, het riet dat zich laat meevoeren. Twee eenden tegenover elkaar, reiken hun hals ver boven het water uit, bewegen naar voren en naar achteren, een rituelen dans. Plotseling duikt één van hen onder water om verderop weer op te duiken, de ander volgt. Het schouwspel van de natuur, het maakt me stil van binnen, ik zink weg in een gevoel van tevredenheid.
De tijd staat even stil.

Het is mijn innerlijke tijd die ik meestal ervaar als ik alleen ben, een wandeling langs de zee maak, of me laat omringen door bomen, of zoals nu zittend op een bankje langs de Amstel.
In de natuur kom ik het dichts bij de tijd die eventjes lijkt stil te staat.

De tijd. Ik denk aan mijn periode van afzondering in Zuid-Frankrijk. In die periode was ik me niet bewust van de tijd en moest ik me inspannen om erachter te komen wat voor een dag het was, een woensdag, donderdag of misschien toch vrijdag?
Ik was toen uit de wereld van de tijd gestapt en kon de rijkdom van mijn innerlijke tijd ervaren. Het bracht me rust en inspiratie.

Even later fiets ik verder langs het kronkelende water van de Amstel, door Ouderkerk, richting Abcoude, het dorp waar een deel van mijn leven ligt. Het stukje groen is er nog. Ik denk terug aan ons zondagochtendritueel, fietsend vanuit Abcoude met mijn zoontje voor op de fiets, om het paard met veulentje gedag te zeggen. Het weiland is nu leeg.

Rond vier uur nader ik de stad, op de Berlagebrug kom ik in een file van fietsers terecht en wordt ik meegenomen met de snelheid van de stad. De tijd die zo langzaam aan me voorbij trok is nu weer sneller gaan tikken. Het blijft een kunst om een evenwicht te vinden tussen de persoonlijke en de kloktijd.
De tijd zal het mij leren.

7 reacties

  1. wat een mooi verhaal,

    ja, uitnodigend om ook de fiets te pakken en een tochtje te maken zonder”” de haast””
    om ergens op tijd te moeten zijn.
    beschreven mijmeringen doen me meebewegen, voelen en stil staan;
    dank je wel.

Laat een antwoord achter aan Lidy Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *